Vrouwen zijn een stuk minder betrokken bij fraude en bedrijfscriminaliteit dan mannen. Bij recente bedrijfsfraudezaken in de Verenigde Staten waren in veel gevallen geen vrouwen schuldig bevonden. Indien zij er toch schuldig van waren, was dit telkens in een ondergeschikte rol en waren er altijd mannen bij betrokken. Dat blijkt uit een onderzoek van de Pennsylvania State University naar 83 Amerikaanse fraudegevallen in de laatste tien jaar waaraan 436 mensen deelnamen.



Onderzoeksleider en professor sociologie en criminologie Darrell Steffensmeier merkt op: "€œEr wordt vaak aangevoerd dat er op het gebied van ethiek geen enkel verschil bestaat tussen mannen en vrouwen en dat een grotere gendergelijkheid op de werkvloer ook meer frauderende vrouwen aan het licht zou brengen. Maar die beweringen worden door de realiteit niet bevestigd."



Steffensmeier vervolgt: "€œVrouwen die zich toch met fraude inlaten, blijken daar ook slechts beperkt financieel voordeel uit te halen. Meer dan de helft van de vrouwen die bij fraude waren betrokken, bleken geen of slechts een beperkte winst uit het bedrog te hebben gehaald. Daarentegen bleek 26 procent van de mannelijke fraudeurs tussen 500.000 dollar en 1 miljoen euro winst te hebben gemaakt, terwijl 33 procent meer dan 1 miljoen euro voordeel had gehaald uit zijn frauduleuze praktijken."



Vrouwen die zich in de top van het bedrijf bevinden zouden volgens Steffensmeier meer ethisch gedrag vertonen: "Vrouwen zijn minder snel geneigd om risico'€™s te nemen en voelen zich mogelijk ook meer gecontroleerd, zodat ze sneller tot zelfcensuur zullen overgaan. Bovendien maken vrouwen zich mogelijk ook meer zorgen over de financiële en sociale gevolgen van hun daden. Vrouwen zijn gericht op een groter ethisch bedrijfsklimaat en laten zich minder snel verleiden om winst te zien als een absolute prioriteit."