Nog even snel een mailtje versturen na werktijd, s’ avonds appen met collega’s of in het weekend een telefoontje plegen voor een project van maandag: volgens minister Asscher werken veel werknemers door groepsdruk of uit schuldgevoelens ook buiten kantooruren. Daardoor hebben zij weinig tijd en aandacht voor hun gezinsleven. Om werknemers te beschermen, wil Asscher het ‘recht op onbereikbaarheid’ doorvoeren.



“Het is niet gezond om altijd en overal bereikbaar te zijn,” pleit de minister op zijn Facebook-kanaal. “Van hard werken wordt niemand ziek, maar van te hard werken wordt iedereen ziek.”


Werknemers die altijd bereikbaar zijn, hebben het gevoel dat zij nooit klaar zijn met hun werkzaamheden. Zij ervaren veel werkdruk en werkstress en lopen daardoor meer kans op een burn-out en langdurig ziekzijn. Werknemers moeten volgens Asscher dan ook de kans krijgen om hun telefoon uit te zetten zonder dat zij hierop worden aangekeken door hun baas of collega’s. De maatregel betekent echter geen verbod op thuiswerken of werken buiten kantoortijden. “Het is juist fijn dat niet iedereen op dezelfde plek hoeft te zijn. Maar bij modern werken hoort ook moderne bescherming. Dat betekent de keuze aan de werknemer laten”, aldus Asscher.


Het idee van Asscher is geïnspireerd op een nieuw wetsartikel in Frankrijk, waarin het recht op onbereikbaarheid is opgenomen. Werknemers van bedrijven met meer dan 50 medewerkers hoeven in hun vrije tijd niet meer te reageren mailtjes of telefoontjes van collega’s. Omdat de maatregel geen verbod is op overwerk, moeten werknemers en de werkgever onderling afspraken maken over werken buiten kantoortijden.


Ondanks dat de maatregel enigszins vrijblijvend is, is het volgens Stefan van der Stigchel, psycholoog en onderzoeker aan de Universiteit Utrecht, een positieve ontwikkeling. “Door verplicht offline te zijn weet je dat je niet meer kán kijken en daardoor blijf je geconcentreerd op de taken in je privéleven", zegt Van der Stigchel tegen NOS.

Of Asscher met de maatregel in Nederland daadwerkelijk voet aan de grond krijgt, moet nog blijken. Tot die tijd kunnen werknemers volgens Van der Stigchel ook zelf duidelijkere grenzen stellen. Zij kunnen voor zichzelf bepalen vanaf welk tijdstip zij niet meer op hun telefoon kijken of hun mailbox checken. Ook moeten medewerkers kritischer kijken naar welke werkzaamheden echt prioriteit hebben en welke taken ook best tot de volgende ochtend kunnen wachten.