Als het gaat om samenwerking verschilt de hersenactiviteit tussen mannen en vrouwen. Dat tonen wetenschappers van de Stanford University School of Medicine aan. Het onderzoek kan een aanzet zijn tot verder onderzoek naar de werking van de hersenen en de verschillen hierin tussen mannen en vrouwen.





“Het is niet zo dat mannen beter samenwerken dan vrouwen, of andersom,” zegt onderzoeker Allan Reiss, “of dat ze niet met elkaar kunnen samenwerken.” Wat de studie vooral aantoont is dat de hersenactiviteiten van mannen en vrouwen verschillen vertonen wanneer ze de opdracht krijgen samen te werken.



De proefpersonen kregen de opdracht om in groepen van twee samen te werken aan een simpele taak, waarbij ze precies tegelijk een knop moesten indrukken. Ze konden elkaar hierbij wel zien, maar mochten niet praten. Duo’s van hetzelfde geslacht bleken meer synchrone hersenactiviteiten te vertonen, oftewel: de werking van de hersenen leek meer op elkaar dan wanneer ze met een partner van het andere geslacht werkten. Bovendien bleek deze samenhang bij mannelijke tweetallen in andere hersengebieden plaats te vinden dan bij vrouwelijke duo’s.



De wetenschappers benadrukken dat dit onderzoek pas een eerste stap is op weg naar een uitgebreide studie over dit onderwerp: “Dit is een verkennend onderzoek,” zegt Joseph Baker, postdoctoraal onderzoeker aan Stanford University. “Er zijn grote delen van de hersenen die we hier niet hebben onderzocht.” Op den duur zou dit soort onderzoek kunnen leiden tot betere behandelmethodes voor stoornissen als autisme, geeft Baker aan.