Wereldwijd gezien worden we in Nederland goed betaald voor onze baan, maar hier staat wel een sterk afgenomen baanzekerheid tegenover. Dit blijkt uit een onderzoek dat de OESO (Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling) deze week publiceert.




De beloning van werknemers ligt in Nederland hoger dan in vrijwel alle andere Europese landen. Alleen Luxemburg heeft een nog hoger gemiddeld loon, al is de inkomensongelijkheid daar wel groter. Wanneer deze ongelijkheid wordt meegewogen, staat Nederland wat beloning betreft op de eerste plaats.


De kans op baanbehoud is in bijna alle landen afgenomen, maar met name Nederland kende de afgelopen jaren sterk een zeer sterke daling. Het risico om werkloos te worden is hier tussen 2007 en 2013 zelfs sneller toegenomen dan in landen die meer te lijden hadden onder de economische crisis (zoals Italië, Ierland en Slovenië). Alleen in Spanje en Griekenland nam de baanzekerheid sneller af. Wel is het verliezen van je baan in financieel opzicht minder ingrijpend in Nederland, omdat de uitkeringen bij werkloosheid relatief hoog zijn.


Jongeren en werknemers met een lage opleiding komen er het slechtste vanaf binnen de OESO-landen. Onder deze groepen is de werkloosheid aanzienlijk hoger, terwijl het loon lager is en de kans op baanbehoud kleiner.

Ook vrouwen blijken een kwetsbare groep te zijn: ze hebben vaker te maken met werkloosheid en verdienen minder dan hun mannelijke collega’s. Wel ervaren ze minder vaak problemen als gevolg van werkdruk. Waar het gaat om baanzekerheid ontlopen mannen en vrouwen elkaar nauwelijks.